Het lekkerste aan de sauna vind ik het oergevoel. Het gevoel dat ook onze prehistorische voorouders moeten hebben gehad, als de ijskoude winter weer overging in de lente. En het bleke zonnetje van de lente weer zo zoetjesaan veranderde in de snoeihete oven van de zomer. Vrolijk dompel ik mij op een vrijdag dus beurtelings onder in het koude en warme dompelbad. Dat lichaam moet klappen krijgen.
Al is er natuurlijk wel een belangrijk verschil met toen: onze voorouders hadden nog lichaamsbeharing. Hoe die er precies heeft uitgezien heb ik mij wel vaker afgevraagd. Hier in de sauna hoeft dat niet: alle naakte edele delen zijn vrijwel gladgeschoren.
Er is trouwens nog een verschil: In de prehistorie waren ze waarschijnlijk niet met zoveel. Hoeveel bewoners zou de wereldbol toen hebben gehad? Dat is in deze sauna wel even anders. Ik vermoed dat half Nederland op deze zonnige vrijdag wil relaxen. Alleen de ijsgrot blijft maar leeg.
Je lichaam knapt er echt van op vind ik. Na zo’n saunabezoek stap je altijd weer als herboren in je auto op weg naar huis. Hadden zij geen last van. Dat van in die auto moeten stappen bedoel ik dan. De ijsgrot was je relaxplek, maar ook je woonruimte. Nou moesten ze daar waarschijnlijk ook flink uitrusten van al dat jagen. Ik vermoed dan ook dat al die lichamen er behoorlijk afgetraind uitzagen. Ook dat is een verschil met vandaag, ondanks dat Personal coaches tegenwoordig goud verdienen.
Intussen zwemmen we buiten in de snijdende kou. Dat deden onze voorouders vast niet: zwemmen in koud water. Tenzij ze een vis achterop moesten. Maar daarvoor hadden ze de hengel natuurlijk al uitgevonden. Op naar het warme kruidenbad dus maar.
In dit bad is het behaaglijk. Drijvend in het hete, aromatische water, kom je heerlijk tot rust. En dan mogen we zo ook nog naar de opgieting. Daar wordt het vast snoeiheet. Héérlijk, ik kan niet wachten. Dat lichaam moet immers klappen krijgen. Dat is ook ontzettend goed voor je bloedsomloop, toch? En je huid wordt er ook zo lekker zacht van….
Het is trouwens maandag drie uur ’s nachts als ik dit schrijf. Ik kan helaas niet slapen. Ik ben namelijk echt snip- en snipverkouden.
Kern Magazine, maart 2012